Tijdens de paasvakantie besloten we voor een korte trip het Kanaal over te steken. Het moet niet altijd Frankrijk zijn. ?s Morgens vroeg stonden we tussen de auto?s met onze fiets klaar in Calais. Een uurtje later fietsten we van de ferry en nog een uurtje later konden we trui en lange broek al wegstoppen. Het beloofden vier zonnige dagen te worden.
Onze route liep door Kent. De eerste twee dagen fietsten we in het binnenland, de terugweg liep langs de kust. We fietsten langs kleine wegen, tussen hagen, vergezeld door fluitende vogels, aangestaard door talloze schapen, ons nu en dan vergapend aan statige landhuizen en pittoreske dorpen. Het woord ‘countryside’ dekt toch een heel andere lading dan ons ‘platteland’.
Dag 2 voerde ons via Brighton naar de South Downs, een heuvelrug die loopt van Eastbourne (aan de kust) tot in Winchester. De South Downs Way is volledig ongeasfalteerd en het is er zalig fietsen. Al verdween de moral wel op het einde van de dag toen we voor de zoveelste keer ?mochten? afdalen naar een rivier om dan terug te klimmen naar het topje van een heuvel op 200m hoogte. Ook de Britse voorliefde voor hekkens en poortjes konden we op het einde van de dag maar matig meer aprreciëren.
De terugweg had een makkie moeten worden. Bij het uitstippelen van de route gingen we uit van de traditionele zuid-westenwind. De vele schuingetrokken bomen vertelden ons dat de wind meestal (vrij krachtig) uit die richting blies. Helaas, driewerf helaas, verkeerd gegokt. Een koude noordooster dwong ons vroeg op te staan en de laatste dag hard tegen de wind in te rijden.